​

Of je nu al heel wat ervaring hebt of nog maar net begonnen bent, iedere dirigent komt ooit op een punt waarop hij of zij nood heeft aan extra kennis en techniek. Iedere dirigent kan en zal groeien, dus laat je zeker daar niet door afschrikken! Er zijn verschillende instanties waar je je kan bijscholen. Denk aan het DKO (in Gent en Lier), hogescholen (Lemmensinstituut in Leuven en het conservatorium in Antwerpen), navormingen, masterclasses enz. Hieronder vind je ook al enkele tips:

​

• Maak gebruik van handzingen waarbij je de hogere en lagere tonen aangeeft in een verticale lijn, met bovenaan de hoogste noot en onderaan de laagste noot.
   

• Geef met je andere hand het tempo aan. Zo weet de groep hoe snel ze moeten zingen.
   

• Hou oogcontact met alle zangers. Kijk duidelijk naar de zangers die moeten invallen. Zo is het voor hen duidelijk wanneer ze moeten beginnen.
   

• Je kan als dirigent ook af en toe het dirigeerstokje doorgeven aan leerlingen die al een tijdje in het koor zingen. De leerlingen kunnen dan de partijen aan hun medeleerlingen aanleren of hen extra ondersteunen om de juiste toon te zingen.